Wat moet er komen in de stadslogistieke plannen van de  wethouders?

De mobiliteitswethouders van de grote gemeenten hebben nu een halfjaar mogen snuffelen aan de uitdagingen in hun gemeente. De komende maanden moet dat landen in plannen voor infrastructuur, ruimte voor voetgangers en fietsers, verkeersveiligheid, deelmobiliteit en natuurlijk stadslogistiek.

De stadslogistiek plannen moeten de lokale ondernemers vertellen wat ze staat te wachten? Ik heb acht suggesties voor de wethouders; wat zijn je in die plannen? Walther Ploos van Amstel schrijft erover op Biind.

1. Welke problemen wil je oplossen?

Stel vast welke problemen je de komende 3 jaar wil oplossen. Gaat het om minder voertuigen, een handhavingsprobleem zoals bij stoepparkeren, hoe belangrijke is schone lucht, wil je minder ongevallen met vrachtverkeer of kan de infrastructuur al dat zware verkeer niet meer aan? Stel prioriteiten.

Stadslogistiek is overigens niet alleen vervelend, maar ook waardevol voor de lokale bewoners en ondernemers. Het balanceren van de vaak tegenstrijdige belangen moet vooraf gebeuren; stadslogistiek is onderdeel van mobiliteit, en mobiliteit is een afgeleide van wat voor stad je wilt zijn voor wie.

2. Ben concreet over zero emissie zones

Bovenaan de wensenlijst van ondernemers staat duidelijkheid over zero emissie zones. Dat raakt iedere ondernemer die in de stad moet zijn. De gemeenten moeten daarvoor nog veel doen en het dreigt nu met alle ontheffingen vijftig-tinten-grijs te worden.

3. Werk gebiedsgericht

Bij stadslogistiek is maatwerk en een gebiedsgerichte aanpak nodig. De plannen moeten per buurt worden opgesteld afhankelijk van de morfologie van die buurt. Is het een nieuwe woon-werk buurt, een drukke binnenstad of een wijk waar de komende jaren de bereikbaarheid in het geding is?

Een Handleiding Logistiek en Duurzame Gebiedsontwikkeling wordt op dit moment ontwikkeld voor het CROW. Ook zijn methoden als SUMP en SULP beschikbaar met veel Europese praktijkvoorbeelden; wat werkt wel en niet? Gaat het wiel niet uitvinden.

Bij de gebiedsgerichte aanpak staan de lokale ondernemers centraal. Welke afspraken ga je met ze maken? Welke maatregelen ga je nemen bij voorkeursroutes, voertuigbeperkingen (gewicht, lengte, aslast), snelheid, venstertijden en ruimte voor laden en lossen (en de handhaving daarop)? Zijn buurthubs misschien een oplossing?

4. Pak bouwlogistiek aan

Bouwlogistiek is de grootste stadslogistieke stroom met zwaar verkeer, grote pieken en dalen en eindeloos veel bouw- en servicebusjes. Als grote opdrachtgever, en vergunningverlener, kun je als gemeente hier op korte termijn veel bereiken. Denk aan het stellen van scherpe bouwlogistieke eisen bij de aanbesteding en in de grondportefeuilles.

5. Verkeersveiligheid: pak gedrag aan en handhaaf streng

Zwaar vrachtverkeer en bestelbusjes zijn oververtegenwoordigd in ongevallen met gewonden. In de vier grote steden vallen elk jaar zo’n 400 ernstig gewonden met ongevallen met vrachtverkeer.

Een stadslogistiek plan waarin geen aandacht is voor verkeersveiligheid is niet af. Maak een plan voor de aanpak van het gedrag van chauffeurs en handhaaf streng. Het excuus ‘je kan er toch langs’ is niet meer van deze tijd. Vergeet in die plannen niet de maaltijd- en flitsbezorgers.

Pas waar dat zinvol is de infrastructuur aan, geef data over het verkeer (voor spitsmijden en scholen mijden) en regel de verkeerslichten beter. Overweeg op langere termijn de inzet op Direct Vision; vrachtwagens zonder dode hoek.

6. Maak ruimte voor stadslogistiek

Veel colleges lijken korte termijn grondopbrengsten na te jagen en weinig oog te hebben voor het lange termijn maatschappelijk belang van logistieke ruimte rond de stad. Slechts een enkele gemeente heeft een hubstrategie; welke ruimte is nodig, waar is die ruimte en welke eisen stel je aan bedrijven die zich daar gaan vestigen? Met zo’n strategie kun je het bedrijfsleven aanspreken op hun verantwoordelijkheid voor een duurzame stadslogistiek.

7. Werk samen met koplopers

Gemeenten kozen in het verleden voor samenwerking met branche-organisaties. De vraag is of samenwerking met koplopers die het goede voorbeeld geven niet veel beter werkt. Hoe kun je ze faciliteren? Communicatie en kennisdeling met het bedrijfsleven organiseer je in lokale Logistiek010, Logistiek020, Logistiek030 en Logistiek070 netwerken. Je wilt uiteindelijk het gedrag van het bedrijfsleven veranderen.

8. Zorg voor voldoende middelen

De aanpak van stadslogistiek vergt de inzet van vele gemeentelijke afdelingen. Stem de plannen af binnen de gemeente over bijvoorbeeld wie welk mandaat krijgt. En wat waren de geleerde lessen van de vorige coalities (en hun plannen)? Waarom is er tot nu toe zo weinig bereikt?

De uitvoering van alle ambities kan niet zonder mensen. Je hebt een stadslogistiek team nodig van 6 tot 10 beleidsmakers naast de nodige uitvoerende en handhavende capaciteiten en middelen voor onderzoek en eigen experimenten (zoals met publieke inkoop en verduurzaming van de gemeentelijke vloot).

Investeer je nu niet, dan gaat het niet gebeuren en groeit de stadslogistiek ongehinderd door. Dan wordt de stad er niet aantrekkelijker op en zeker niet autoluwer.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>